Doorgaan naar hoofdcontent

Briseis/Mijnechtenaam

Once upon a day in July 2010…

‘Heel goed hoor, heel leuk.’ Keer op keer hoor ik dezelfde leugen uit mijn mond komen, steeds vergezeld van mijn intussen op punt gestelde onoprechte glimlach. De bijhorende vraag is de volgende: ‘En, hoe gaat het op je werk?’ Het waarheidsgetrouwe antwoord is dat het niet heel goed en niet heel leuk is. Ik voel me niet goed. Ik zit in een ernstig dipje. Ik kan mezelf niet zijn. Ik verlies elke dag een stukje van wie ik was en ik kan mezelf nog amper herkennen. Dat is het echte antwoord. Maar dat kan je niet zomaar tegen iedereen zeggen. Mensen verwachten dat alles goed gaat. Mensen willen enkel horen dat alles heel goed meevalt. Dan kunnen ze glimlachen en zeggen ‘Oh, dat is goed.’ op hun ‘Ik ben echt blij voor jou’-toon. Dat zouden ze niet kunnen doen als ik hen het echte antwoord zou geven. Ze zouden niet weten hoe erop te reageren. Het echte antwoord zou iedereen ongemakkelijk maken. Dus ik lieg. Telkens opnieuw.

Ik ben eigenlijk niet gemaakt om te liegen, ik ben er ook heel slecht in. Ik voel mezelf roder worden met elk onwaar woord dat over mijn lippen komt. Mijn gezicht gaat met elke lettergreep harder gloeien. Mijn stem klinkt ook steevast enkele octaven hoger, en dat is waarschijnlijk niet enkel zo in mijn hoofd. Mijn lichaamstaal verraadt op duizend manieren één enkele leugen. Gelukkig kiest niemand ervoor om het op te merken. Met één leugenachtige zin is het hele onderwerp afgehandeld. Ik hoef er niet meer aan te denken. Het bestaat eventjes niet meer. Tot de volgende ochtend. Elke volgende ochtend word ik er terug mee geconfronteerd. Geen wonder dat ik een avondmens ben.

Elke ochtend moet ik mezelf angstvallig verbergen voor de enge treinstalker op het perron, Jackie Earle Haley. Ik moet letterlijk onzichtbaar zijn. Op het werk ben ik dat figuurlijk. Ik zit aan mijn bureau en fake-lach af en toe mee. Mijn links computerscherm telt twee minuten sneller af naar het einde van de werkdag dan mijn rechts computerscherm. Mijn rechts computerscherm herbergt dan weer de wondere wereld van het internet, mijn virtuele ontsnapping aan mijn sip zijn binnen dezelfde vier muren van elke dag. Ik kan moeilijk kiezen. Linkse computer of rechtse computer? Met zulke dingen die er niet toe doen leid ik mijn gedachten af en vul ik mijn dag.

Mijn leven is opgedeeld in gelukkig en ongelukkig zijn, in zichtbaar en onzichtbaar zijn, in mezelf zijn en in een rol spelen. Ik ben Briseis en ik ben Mijnechtenaam. Maar wanneer ik Mijnechtenaam ben, voelt het aan alsof ik de rol speel.

Geschreven op: 26 juli 2010

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kalkoenstoofvlees met kriekbier

Dit maakte ik met kerst bij m’n mama, maar ik vergat het simpelweg te bloggen. Aangezien volgende week de Vasten beginnen (wat voor mij betekent: Dagen Zonder Vlees), krijg je het receptje nu nog van mij. Je hebt nog een week de tijd om dit te maken. Ren maar snel naar de winkel, want het is de moeite! Stoofvlees maak je meestal niet voor twee, hé. Dit recept is voor een hele pot, genoeg voor zes personen. Of voor meerdere dagen met minder personen. Wat heb je nodig (6 personen)? 1,2 kg kalkoenstoofvlees 6 rode uien 6 teentjes knoflook 3 el lichte cassonade ( Kinnekessuiker .) 6 el rode wijnazijn 4 el maïzena 2 x 25 cl kriekbier 500 ml kippenbouillon 3 sneetjes peperkoek Mosterd 3 takjes verse tijm 3 blaadjes verse of gedroogde laurier Stoofvleeskruiden Peper & zout Bakboter Wat moet je doen? 1. Smelt een klont bakboter in een stoofpot en bak er het kalkoenstoofvlees in aan. Zorg ervoor dat het vlees niet op elkaar ligt, anders stooft het in

Kerstrecept: Varkenshaasje met druivensaus

Koken in een andere keuken dan de mijne, ik doe dat niet zo graag. Je weet niets staan. Je kan je eigen vertrouwde gerief niet gebruiken. En het ergst van al: je moet koken op een vreemd vuur. Soms heb je echter geen keuze. Op kerstavond bij de familie van je lief bijvoorbeeld. Normaal ben ik zen in de keuken, maar het kerstmaal – nu ja, het kersthoofdgerecht – voor zeven man bereiden op een vreemd vuur, dat bezorgt mij toch een beetje zenuwen. Zeker als het zo’n vuur is zonder vuur, een inductiekookplaat. *insert evil music* Ik zie graag een vlam. Ik heb voeling met een vlam. Ik weet precies hoe groot mijn vlam moet zijn om witloof te stoven. Bijvoorbeeld. Wat ik echter niet weet, is welke nummer ik daarvoor moet kiezen. Het witloof dat mijn kerstgerecht vergezelde, was dan ook niet hoe ik het wilde hebben. Ik hou van stronkjes die intact blijven, mooi gekarameliseerd zijn en hier en daar een bruin kleurtje hebben. Zeker op kerstavond. Maar Merlot zegt dat ik moet stoppen

Review kookboek Gino’s Pasta – Gino D’Acampo

Wanneer deze review online komt, zit ik nog onder de zuiderse zon te genieten van het beste wat Italië te bieden heeft. Daarom vond ik het wel toepasselijk om deze keer mijn favoriete Italiaanse kookboek te reviewen. Een boek vol pasta’s, mijn nummer één favoriete gerecht! Ik kocht Gino’s Pasta in 2011 op de Boekenbeurs. Toen ik het toonde aan vrienden en familie dachten ze allemaal dat ik het voor de looks van de schrijver had gekocht. Heel eerlijk? Neen! Hij doet mij zelfs niets eens iets. Ik vermeld dit er maar bij zodat je weet dat mijn lovende woorden helemaal niets met den Gino te maken hebben. Dit is gewoon één van die zeldzame kookboeken waaruit je letterlijk àlles zou willen maken. Indeling & inhoud Zoals wel meer kookboeken, begint ook dit met een korte inleiding van de auteur. Daarna volgen enkele bladzijden geschreven door voedingsdeskundige Juliette Kellow. Zij legt uit waarom pasta best past binnen een evenwichtig eetpatroon. Veel mensen hebben schri