Doorgaan naar hoofdcontent

Voor mij een roze ‘L’ graag – Deel I: aMuse Rouge leert een auto kennen

Minder dan een maand geleden wist ik amper welke pedaal de koppeling, welke de rem en welke de gas was, en had ik mij nog nooit van m’n leven in het verkeer gewaagd achter het stuur van een auto.

Over minder dan een maand mag ik een blauwe ‘L’ kleven op de achterruit van een auto, in die auto stappen en ermee wegrijden naar eender waar. Maar niet voordat ik heb gevraagd of ze die ‘L’ niet in het roos hebben!

In minder dan een maand tijd heb ik heel veel geleerd, en dan vooral dat je heel veel dingen kan leren in minder dan een maand tijd…

Rijden, Rouge, rijden!

Tijdens mijn allereerste rijles bracht mijn rij-instructeur mij naar een rustige woonwijk in een buurgemeente. Nadat we van plaats waren gewisseld, zei mijn instructeur “het eerste wat je altijd moet doen, is…” Hij keek naar mij en stopte meteen met praten. Deed ik al iets verkeerd? Ik zat toch maar gewoon naar hem te luisteren? “Ik ging zeggen: ‘je gordel aandoen,’ maar ik zie dat je dat al hebt gedaan,” ging hij verder. Hij lachte ontspannen, ik zenuwachtig. Uiteraard had ik m’n gordel al aangedaan. Ik had al vijf keer gecheckt of hij wel goed vastzat. Mijn leven lag in mijn eigen handen, en die handen lagen op het stuur van een auto. De weinige veiligheidsmaatregelen die ik kon nemen, werden genomen, werden gecheckt en werden gedubbelcheckt. Waar zat die airbag trouwens?

De instructeur ging verder: “we gaan leren starten.” Ik haalde opgelucht adem. Starten. Eerste versnelling. Een beetje op de gas duwen. Een beetje stilvallen. En de koppeling heeft daar ook iets mee te maken, zeker? Ik zag het helemaal zitten – niemand is toch al gestorven tegen 20 per uur, hé?

Alleen: ik viel niet stil. Sterker nog, ik bleek talent te hebben (de instructeur zijn woorden, maar wie ben ik om hem tegen te spreken?). De 1ste versnelling werd al snel de 2de versnelling. 20 per uur werd 30, en zelfs 40, waardoor de 2de versnelling dan weer de 3de werd. Ik moest naar links, ik moest naar rechts, dan weer links, en nog eens rechts… En plots zaten we op een echte baan. Met echte auto’s. En echte mensen die voorlopig nog leefden.

Ik voelde me een beetje beetgenomen. We waren nog geen kwartiertje bezig en we zaten al in het echte verkeer. En dat terwijl ik dacht dat we enkel zouden leren starten. Maar ik had geen keuze. Ik zat in een auto met andere auto’s rondom mij, en die wilden allemaal verder, dus moest ik dat ook. Ik wachtte op de paniek en op alle stomme dingen die ik zou gaan doen, maar niet deed. Ik reed 50 en daarna 70 en had zelfs tijd om me te bedenken dat 70 op sommige wegen trager lijkt dan 50 op andere.

Iedereen die leefde aan het begin van de avond leefde ook nog aan het eind ervan. Halfweg zei m’n instructeur: “je bent precies teleurgesteld dat het zo goed gaat?” Wat hij nam voor teleurstelling, was eigenlijk complete ontsteltenis. Leren rijden, was veel minder eng dan ik had gedacht. En het leek me niet langer compleet onmogelijk dat ik het misschien zelfs leuk zou kunnen gaan vinden…


Deel I: aMuse Rouge leert een auto kennen

Reacties

Populaire posts van deze blog

Kalkoenstoofvlees met kriekbier

Dit maakte ik met kerst bij m’n mama, maar ik vergat het simpelweg te bloggen. Aangezien volgende week de Vasten beginnen (wat voor mij betekent: Dagen Zonder Vlees), krijg je het receptje nu nog van mij. Je hebt nog een week de tijd om dit te maken. Ren maar snel naar de winkel, want het is de moeite! Stoofvlees maak je meestal niet voor twee, hé. Dit recept is voor een hele pot, genoeg voor zes personen. Of voor meerdere dagen met minder personen. Wat heb je nodig (6 personen)? 1,2 kg kalkoenstoofvlees 6 rode uien 6 teentjes knoflook 3 el lichte cassonade ( Kinnekessuiker .) 6 el rode wijnazijn 4 el maïzena 2 x 25 cl kriekbier 500 ml kippenbouillon 3 sneetjes peperkoek Mosterd 3 takjes verse tijm 3 blaadjes verse of gedroogde laurier Stoofvleeskruiden Peper & zout Bakboter Wat moet je doen? 1. Smelt een klont bakboter in een stoofpot en bak er het kalkoenstoofvlees in aan. Zorg ervoor dat het vlees niet op elkaar ligt, anders stooft het in

Kerstrecept: Varkenshaasje met druivensaus

Koken in een andere keuken dan de mijne, ik doe dat niet zo graag. Je weet niets staan. Je kan je eigen vertrouwde gerief niet gebruiken. En het ergst van al: je moet koken op een vreemd vuur. Soms heb je echter geen keuze. Op kerstavond bij de familie van je lief bijvoorbeeld. Normaal ben ik zen in de keuken, maar het kerstmaal – nu ja, het kersthoofdgerecht – voor zeven man bereiden op een vreemd vuur, dat bezorgt mij toch een beetje zenuwen. Zeker als het zo’n vuur is zonder vuur, een inductiekookplaat. *insert evil music* Ik zie graag een vlam. Ik heb voeling met een vlam. Ik weet precies hoe groot mijn vlam moet zijn om witloof te stoven. Bijvoorbeeld. Wat ik echter niet weet, is welke nummer ik daarvoor moet kiezen. Het witloof dat mijn kerstgerecht vergezelde, was dan ook niet hoe ik het wilde hebben. Ik hou van stronkjes die intact blijven, mooi gekarameliseerd zijn en hier en daar een bruin kleurtje hebben. Zeker op kerstavond. Maar Merlot zegt dat ik moet stoppen

Review kookboek Gino’s Pasta – Gino D’Acampo

Wanneer deze review online komt, zit ik nog onder de zuiderse zon te genieten van het beste wat Italië te bieden heeft. Daarom vond ik het wel toepasselijk om deze keer mijn favoriete Italiaanse kookboek te reviewen. Een boek vol pasta’s, mijn nummer één favoriete gerecht! Ik kocht Gino’s Pasta in 2011 op de Boekenbeurs. Toen ik het toonde aan vrienden en familie dachten ze allemaal dat ik het voor de looks van de schrijver had gekocht. Heel eerlijk? Neen! Hij doet mij zelfs niets eens iets. Ik vermeld dit er maar bij zodat je weet dat mijn lovende woorden helemaal niets met den Gino te maken hebben. Dit is gewoon één van die zeldzame kookboeken waaruit je letterlijk àlles zou willen maken. Indeling & inhoud Zoals wel meer kookboeken, begint ook dit met een korte inleiding van de auteur. Daarna volgen enkele bladzijden geschreven door voedingsdeskundige Juliette Kellow. Zij legt uit waarom pasta best past binnen een evenwichtig eetpatroon. Veel mensen hebben schri