Ottolenghi stelt nooit
teleur. Op zich verwachtte ik van dit gerecht ‘gewoon lekker’, zonder meer. Maar
het bleek een heuse smaakbom. Ik deed naar (goede) gewoonte weer enkele dingen
anders. Zo gebruikte ik geen sobanoedels (wegens niet in huis – en trouwens ook niet in de Colruyt, foei Colruyt!), liet ik de koriander
weg (wegens ieuw) en verving ik de chilipeper door chilivlokken (wegens geen
fan van al te pikant hier in huis). Daarnaast laat Ottolenghi zijn ui rauw,
terwijl ik die laat garen in de dressing. Ik vind gare ui immers altijd nog net
iets lekkerder dan rauwe ui.
Ik blog wat ik ervan heb
gemaakt, maar ik gok dat je ’t orginele receptje ook wel online vindt. En je kan
natuurlijk ook altijd gewoon het kookboek kopen.
Wat heb je nodig (2 personen)?
Dressing
- 1 rode ui, in flinterdunne ringen
- ¾ dl rijstazijn
- 1 el suiker
- 1 teentje knoflook, fijngehakt
- Chilivlokken
- ½ kl sesamolie
- 1 aubergine, in blokjes van 2x2 cm
- ½ mango, in blokjes van 2x2 cm
- ½ bosje verse basilicum, fijngesnipperd
- Zout
- Plantaardige olie (vb. zonnebloem- of koolzaadolie)
- 160-180 g rijstnoedels (of sobanoedels!)
Wat moet je doen?
1.
Maak eerst de dressing. Verwarm de azijn met de suiker in een pannetje, tot de
suiker is opgelost. Neem de pan van het vuur en voeg de knoflook, chilivlokken
en sesamolie toe. Voeg ook de rauwe uiringen toe en laat de dressing afkoelen.
2.
Verhit de olie in een grote pan en bak de aubergineblokjes goudbruin en
krokant. Laat ze daarna uitlekken (en afkoelen) op wat keukenpapier en kruid ze
met zout.
3.
Kook de noedels in ruim gezouten kokend water en roer af en toe. Giet ze af,
spoel ze onder de koude kraan en schud er zoveel mogelijk water af.
Reacties
Een reactie posten